Syntocinon postnataal

Syntocinon postnataal

Wat is syntocinon?

Syntocinon is een kunstmatig hormoon (oxytocine) dat na de bevalling wordt gegeven om de baarmoeder te helpen samen te trekken. Dit verkleint het risico op hevig bloedverlies na de geboorte.

Waarom krijg je postnatale syntocinon?

Na de geboorte van je baby begint je baarmoeder normaal gesproken vanzelf samen te trekken om het bloedverlies te beperken en de placenta los te laten. Soms heeft de baarmoeder hierbij wat extra hulp nodig. Dit is bijvoorbeeld het geval als:

  • Je een verhoogd risico hebt op veel bloedverlies.

  • De bevalling lang of intens was.

  • Er eerder een postpartumbloeding was.

  • Je meerdere kinderen hebt.

  • Je ruggenprik hebt gehad.


Syntocinon helpt de baarmoeder om krachtiger en regelmatiger samen te trekken en zo het risico op complicaties te verminderen.

Hoe wordt syntocinon toegediend?

Postnatale syntocinon wordt meestal via een infuus of een injectie in de spier toegediend direct na de geboorte van de placenta. Soms kan het ook via een infuus tijdens de bevalling worden gegeven (preventief).

Voordelen

  • Vermindert het risico op ernstige bloedingen na de bevalling.

  • Kan complicaties en noodzaak voor bloedtransfusies verkleinen.

  • Wordt gezien als standaardzorg in veel ziekenhuizen en wordt aanbevolen door internationale richtlijnen.

Nadelen

Zoals elk medicijn kan syntocinon bijwerkingen geven, hoewel ze meestal mild en tijdelijk zijn, zoals:

  • Misselijkheid of braken.

  • Verhoogde bloeddruk of hartslag.

  • Hoofdpijn of duizeligheid.

In zeldzame gevallen kan het tot een te sterke samentrekking van de baarmoeder leiden, wat ongemakkelijk kan zijn.

Heb je een keuze?

In de meeste ziekenhuizen is het standaard om postnatale syntocinon te geven, maar je hebt het recht om hierover in gesprek te gaan met je zorgverlener. Er zijn situaties waarin men kan afzien van syntocinon, bijvoorbeeld bij een zeer laag risico op bloedverlies.